Een mijlpaal waar de redactie trots op is en waar we het afgelopen jaar graag volop aandacht aan hadden willen besteden. Onder andere door een groots opgezet jubileumcongres. Corona heeft het echter onmogelijk gemaakt een fysieke bijeenkomst te organiseren. Als dat weer mogelijk is, zullen we dat komend jaar zeker doen.
Toch wilden we de 150ste jaargang niet ongemerkt afsluiten. Vandaar dit bijzondere nummer met daarin onder andere een bijdrage van Rens Pieterse over de geschiedenis van het WFR. Verder sieren we dit nummer op met een aantal foto’s, krantenknipsels en overdrukken uit het verre verleden. In dit nummer ook een bijdrage van de huidige staatssecretaris van Financiën - Fiscaliteit en Belastingdienst. Dit past in een al lang bestaande traditie dat de staatssecretaris van Financiën bij een jubileum van het Weekblad Fiscaal Recht een bijdrage levert. Tot slot zijn in dit bijzondere nummer overdrukken opgenomen van bijdragen van de toenmalige staatssecretarissen bij het 100-jarig (Grapperhaus) en het 125-jarig bestaan (Vermeend), waarin zij vooruitblikken op verwachte ontwikkelingen. Het is boeiend deze bijdragen te lezen met de kennis van nu. Het thema ‘met de kennis van nu’ zal in de komende afleveringen van volgend jaar nog terugkeren.
"Het is boeiend deze bijdragen te lezen met de kennis van nu"
Dat het WFR nog steeds bestaat, komt omdat het steeds met de tijd is meegegroeid. Lange tijd was het WFR vooral een mededelingenblad voor ambtenaren werkzaam bij de Belastingdienst en het Ministerie van Financiën. Ook de auteurs kwamen in de beginperiode voornamelijk uit die kringen en, zoals dat bij de tijdgeest paste, de beschouwingen waren niet al te kritisch. De ministeriële resolutie gold nog als de hoogste wijsheid.
In de loop van de jaren is dat totaal veranderd. Naarmate de belastingdruk toeneemt, de wetgeving ingewikkelder wordt en belastingheffing steeds meer ingrijpt in het leven van het individu worden de artikelen in het Weekblad breder van opzet en krijgen meer diepgang. De benoeming van hoogleraren belastingrecht en de opkomst van het belastingadvieswezen maken dat steeds meer auteurs buiten de kring van belastingambtenaren bijdragen publiceren, die kritischer van toon worden. Belastingconsulenten en docenten treden toe tot de redactie van het Weekblad, dat met ingang van 1955 Weekblad voor Fiscaal Recht gaat heten. Kenmerkend is de samenstelling van de redactie op 1 juli 1971: twee ambtenaren, drie adviseurs, een Kamerlid en drie universitaire docenten. Dit uitgangspunt van een breed samengestelde redactie uit alle geledingen van het fiscale speelveld geldt tot op de dag van vandaag. Dit maakt het mogelijk contacten te onderhouden met de lezers, maatschappelijke organisaties en niet in de laatste plaats de auteurs. De wijze van samenstelling stelt de redactie bovendien in staat in volledige onafhankelijkheid te opereren en het niveau van de bijdragen op een adequate manier te bewaken.
"Juist in deze tijd van politiek opportunisme is dit belangrijker dan ooit"
Al deze ontwikkelingen hebben geleid tot wat het WFR nu is. Een onafhankelijk tijdschrift waarvan de inzet van de redactie is beschouwingen te publiceren die vanuit uiteenlopende zienswijzen bijdragen aan een evenwichtige fiscale discussie over rechtspraak, beleid en fiscale wetsvoorstellen. Juist in deze tijd van politiek opportunisme is dit belangrijker dan ooit. Een belangrijke doelstelling daarbij is de verschillende fiscale gebruikersgroepen te bedienen, zoals belastingadviseurs, medewerkers van de Belastingdienst, beleidsambtenaren op Ministerie van Financiën, de rechterlijke macht en de fiscale wetenschap. Van belang is verder de publicatie van overzichtsartikelen. In een tijd van snelle opeenvolgende (internationale) ontwikkelingen en toenemende informatie is er behoefte aan diepgaande vakinformatie en uitgebreide analyses van ontwikkelingen op allerlei fiscale terreinen. Gestreefd wordt de stortvloed aan informatie zodanig te selecteren en te groeperen dat de hoofdlijnen van het desbetreffende beleidsterrein zichtbaar worden. Daarbij wacht de redactie niet af of er spontaan bijdragen worden ingestuurd, maar worden auteurs actief benaderd en uitgenodigd over bepaalde onderwerpen te schrijven. Naast beschouwingen publiceert het Weekblad regelmatig columns. Aanvankelijk wat aarzelend en slechts op uitnodiging, tegenwoordig bijna wekelijks. Columns stellen auteurs in staat soms op een ludieke wijze, soms ongenuanceerd maar in elk geval op een bondige manier zaken aan de orde te stellen.
"Niemand zal betwijfelen dat het belastingrecht de komende jaren flink zal veranderen"
Bij een jubileum behoort niet alleen terugkijken, maar ook vooruitkijken. Niemand zal betwijfelen dat het belastingrecht de komende jaren flink zal veranderen. De laatste grote belastingherziening dateert van 2001 en inmiddels zijn we ruim 20 jaar verder. De maatschappelijke ontwikkelingen hebben in deze periode niet stilgestaan en de huidige maatschappelijke uitdagingen zijn fors. Het bestaande fiscale stelsel is dan ook broodnodig aan een grondige herziening toe. De rommelzolder moet eindelijk eens worden opgeruimd met de eigenwoningregeling als schrijnend voorbeeld. Verder zal voor het oplossen van de klimaatverandering ook het fiscale instrumentarium worden ingezet. Vergroening van het fiscale stelsel is onontkoombaar en omdat klimaatverandering een internationaal probleem is, zal internationale samenwerking op dit terrein in belang toenemen. Een ontwikkeling in de richting van het toekennen van meer bevoegdheden aan de Europese wetgever ligt dan ook in de rede. Ook andere internationale ontwikkelingen staan niet stil. Onder druk van de publieke opinie zullen nog meer maatregelen volgen om belastingvermijding te verhinderen.
Maar niet alleen op het terrein van wetgeving zijn er belangrijke ontwikkelingen te verwachten. Ook de uitvoering van belastingwetgeving zal veel meer aandacht moeten krijgen. Niet alleen vanuit het perspectief van de Belastingdienst maar vooral ook vanuit het burgerperspectief. Gebleken is dat grote groepen burgers hun weg in het automatiseringsdoolhof niet kunnen vinden en daardoor in de knel zijn geraakt. Om dat in toekomst te voorkomen, is meer ondersteuning nodig. Voor de Belastingdienst zal dat betekenen dat er fors zal moeten worden geïnvesteerd in menskracht. Niet alleen in aantal, maar ook in kwaliteit.
Het ligt voor de hand dat de hierboven kort aangestipte ontwikkelingen hun weg zullen vinden in het Weekblad, want het Weekblad groeit mee met de maatschappelijke ontwikkelingen. Naam, inhoud en karakter veranderden. Lezers en redacteuren gingen, anderen kwamen er voor in de plaats. Het Weekblad bleef als rots in de fiscale branding. Dat zal zo blijven. De redactie dankt iedereen die op welke manier dan ook aan dit bijzondere nummer een bijdrage heeft geleverd en wenst u in elk geval veel leesgenoegen.
Mr. Dr. J.J.M. Jansen
(Voorzitter redactiecommissie)