Rechtspraak speelt een zeer belangrijke rol bij de toepassing en interpretatie van wettelijke bepalingen. Daarom biedt SocialEye u de mogelijkheid om dagelijks toegang te krijgen tot rechterlijke uitspraken die zijn becommentarieerd door professionals op het gebied van sociaal recht.
Arbeidsrecht
Verbreking van het arbeidscontract
Arbrb. Luik (afd. Dinant), 5 maart 2021, A.R. 19/473/A (Terra Laboris)
Afwezigheid van een ontslagbevoegdheid: de rechter ziet geen elementen die het mogelijk maken een ontslagbevoegdheid te handhaven in het hoofd van de auteur van de verbreking. Het hof merkt op dat er geen sprake was van bekrachtiging van het verlof, zelfs niet stilzwijgend. De werkgever heeft snel gereageerd, zodra hij van de brief van de vakbond in kennis was gesteld, en heeft onmiddellijk de nietigheid van het ontslag ingeroepen, waarbij hij bovendien voorstelde de verzuimdagen uit te betalen. Het ontslag wordt derhalve als nietig beschouwd, aangezien de werknemer zelf verantwoordelijk is voor de opzegging.
Arbh. Luik (afd. Luik), 4 juni 2021 - 2020/AL/479 (C. Paie en M. Strongylos, Elegis)
Stilzwijgen van een met het contract onverenigbare pathologie: een werknemer is niet verplicht zijn toekomstige werkgever in kennis te stellen van een ziekte of een handicap. Deze informatie is een privé-aangelegenheid, tenzij zij een gevaar vormt voor de veiligheid van de werknemer, zijn collega's of derden. Bij gebreke van een document betreffende de precontractuele fase en van een functieomschrijving kan niet worden geconcludeerd dat de functie van chauffeur het dragen van zware lasten impliceert. De werknemer kon hiervan dus niet op de hoogte zijn ten tijde van de sluiting van de overeenkomst. Bovendien moet, om van fraude te kunnen spreken, worden vastgesteld dat de werknemer zich een juist beeld kan vormen van zijn gezondheidstoestand.
Arbh. Brussel, 10 juni 2021, A.R.20/1.314/A (Terra Laboris)
Niet-nakoming van een belofte tot tewerkstelling: het Hof wijst een vordering tot schadevergoeding wegens niet-nakoming van een belofte tot tewerkstelling toe en kent de werknemer na de opzegging verschillende bedragen toe, waaronder een vergoeding wegens misbruik van het ontslagrecht.
Arbh. Luik (afd. Namen), 25 mei 2021 – A.R. nr. 2021/AN/54 (R. Saintes en M. Strongylos - elegis)
Seksuele opmerkingen en dringende reden: het Hof oordeelt dat het feit dat een beschermde werknemer in de zin van de wet van 19 maart 1991 ongepaste seksuele opmerkingen heeft gemaakt over twee collega's in een "besloten" Facebook-groep met 520 leden, een dringend reden vormt.
Arbh. Brussel, 2 april 2021, A.R. 2018/AB/566 (Terra Laboris)
Compenserende opzeggingsvergoeding en vakantiegeld van de werknemer: Het is niet gerechtvaardigd het vakantiegeld op te nemen in de compenserende opzeggingsvergoeding zelf. Het Hof herinnert eraan dat er geen sprake is van discriminatie ten aanzien van de werknemers, aangezien het vakantiegeld van rechtswege wordt betaald en de betaling ervan niet plaatsvindt in de vorm van een equivalent, door middel van de verhoging van de compenserende vergoeding bij opzegging, maar in natura, aangezien de bijdragen zijn betaald en de overeenkomstige periode wordt opgenomen in de referentieperiode die wordt gebruikt voor de berekening van het vakantiegeld dat het daaropvolgende jaar moet worden betaald.
EHRM, 15 juni 2021, Melike tegen Turkije (G. Jacquemart, advocaat Co-laboris)
Een like op Facebook: het EHRM is van oordeel dat de inhoud van de litigieuze inhoud en de context ervan een like niet dezelfde draagwijdte hebben als een publicatie, dat de draagwijdte beperkt is tot het publiek van de litigieuze handeling en dat rekening moet worden gehouden met het evenredigheidsbeginsel, gelet op de zwaarte van de vastgestelde sanctie.
Thuiswerk
Arbh. Brussel, 9 februari 2021, A.R. 2015/AB/873 (Terra Laboris)
Verjaring van de forfaitaire onkostenvergoeding: de inbreuk is begaan, maar kan niet worden gekwalificeerd als "voortgezet" bij gebreke van een bewezen wil van de onderneming om haar strategie van niet-betaling op te nemen in een opzettelijk beleid van sociale delinquentie, dat volgens de rechter resulteert in een systematische weigering om het sociaal recht na te leven. De onmiddellijke inbreuk staat de betrokkene niet toe betaling van de schadevergoeding te vorderen vanaf de eerste inbreuk, maar gedurende een periode van vijf jaar vóór de indiening van de vordering.
Loon
Arbh. Henegouwen (afd. Bergen), 12 april 2021, A.R. 19/946/A (Terra Laboris)
Achterstallig loon en verandering van werkgever: het Hof behandelt de moeilijkheden in verband met de aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad van de werkgever, in het licht van een verzoek om betaling van achterstallige bezoldiging dat is ingediend door een conciërge die voor verschillende opeenvolgende entiteiten heeft gewerkt. Bij het vorderen van achterstallig loon kan de eiser zich inderdaad op de verjaringstermijn uit onrechtmatige daad beroepen. De toerekenbaarheid van het strafbare feit moet echter worden vastgesteld en in dit verband rijst niet alleen de vraag van de opeenvolging van werkgevers (rechtspersonen) in de tijd, maar ook van de rol van de curator.
Discriminatie
HvJ EU, 12 mei 2021, zaak nr. C-130/20 (Terra Laboris)
Richtlijn 79/7 en discriminatie op grond van geslacht: discriminatie op grond van geslacht die bij Richtlijn 79/7/EEG is verboden, is discriminatie van een werknemer die anders wordt behandeld dan een werknemer van het andere geslacht. Het Hof van Justitie heeft in dit arrest van 12 mei 2021 geweigerd de richtlijn een ruime toepassing te geven, die betrekking zou hebben op werknemers van hetzelfde geslacht voor wie een schending van het beginsel van gelijke behandeling zou kunnen bestaan.
Staking
Arbh. Luik (afd. Luik), 28 mei 2021 – A.R. 2020/AL/258 (J. Nossent en R. Capart - Elegis)
Inhouding van loon van stakende statutaire werknemers : Een vertragingsstaking is slechts een staking in naam, zij bestaat niet in het collectief en vrijwillig staken van het werk. In het kader van een vertraging kan een inhouding op het loon van een statutaire werknemer die in dienst is, niet worden gerechtvaardigd door de handelingen die hij of zij heeft verricht.
Socialezekerheidswetgeving
Arbeidsongevallen
Cass. 17 mei 2021, nr. S.20.0066.F (Terra Laboris)
Subrogatie van de verzekeraar in de openbare sector: het Hof van Cassatie heeft geoordeeld dat de instemming van het slachtoffer met het voorstel tot schadeloosstelling van de openbare werkgever (C.P.A.S.) niet kan worden ingeroepen tegen de verzekeraar van de A.M.I. indien deze laatste niet met de voorwaarden ervan heeft ingestemd.
Arbh. Brussel, 1 maart 2021, A.R. 2019/AB/310 en 2019/AB/318 (Terra Laboris)
HR Rail: het Hof gaat in op de voorwaarden voor de erkenning van een arbeidsongeval in het kader van de specifieke verordening die van toepassing is op HR Rail en herinnert aan de beginselen die door het Hof van Cassatie zijn vastgesteld met betrekking tot het bestaan van een oorzakelijk verband tussen de plotse gebeurtenis en het letsel.
Werkloosheid
Arbh. Luik (afd. Namen), 18 februari 2021, A.R. 2019/AN/191 (Terra Laboris)
Vrijwillige activiteit in een VZW: het arbeidshof van Luik (afdeling Namen) herinnert eraan dat er, in geval van uitoefening van een mandaat in een vzw, twee stromingen in de rechtspraak blijven bestaan, waarbij moet worden nagegaan of het een werkzaamheid voor eigen rekening of voor rekening van derden betreft, en besluit het – gelet op een andere controverse over deze kwestie – dat, indien de werkloze de in artikel 45bis bepaalde aangifte niet heeft gedaan, er sprake is van een werkzaamheid in de zin van de artikelen 44 en 45 van het koninklijk besluit.
Arbh. Brussel, 18 maart 2021, A.R 2019/AB/681 (Terra Laboris)
Samenwoning: het Hof neemt de recente rechtspraak over samenwoning over, en herinnert eraan dat de bewijslast inzake de categorie van begunstigde op de werkloze rust. Indien niet is voldaan aan de voorwaarden die in de rechtspraak van het Hof van Cassatie zijn gesteld met betrekking tot de gezamenlijke regeling van huishoudelijke zaken, wordt het samenwoonpercentage toegepast. De rechter geeft ook aan op welke gronden een sanctie kan worden verlaagd, in dit geval tot een waarschuwing.
Pensioenen
Arbh. Henegouwen (afd. Bergen), 8 maart 2021, A.R. 20/218/A (Terra Laboris)
Inaanmerkingneming van studies in het kader van de sociale promotie: De arbeidsrechtbank van Henegouwen (afdeling Bergen) aanvaardt de regularisatie van periodes van studies die werden gevolgd in het kader van het onderwijs voor sociale promotie met het oog op de vaststelling van de loopbaan inzake pensioen voor werknemers, waarbij de gevolgde studies hebben geleid tot een diploma dat eveneens bestond in het onderwijs met voltijds leerplan.
Arbh. Brussel, 11 maart 2021, A.R. 2017/AB/962 en 2017/AB/963 (Terra Laboris)
Omvang van de informatieplicht: het Hof verwijt de I.N.A.S.T.I. en de S.F.P., in het kader van verzoeken om pensioenramingen die zijn gedaan terwijl een wijziging van de regelgeving op handen was. De omvang van de informatieplicht van de socialezekerheidsorganen staat centraal in het geding, waarvan het specifieke karakter enerzijds is gelegen in de op handen zijnde wijziging van de regelgeving, gelet op de veranderingen die zich in het pensioenstelsel voltrekken, en anderzijds in de verplichtingen van de socialezekerheidsorganen in een dergelijk geval.
Gezinsbijslagen
HJEU, 12 mei 2021, zaak nr. C-27/20 (Terra Laboris)
Bedrag en vrij verkeer : het Hof onderzoekt de voorwaarden voor toekenning van gezinsbijslagen in het Franse recht en de verenigbaarheid daarvan met het Gemeenschapsrecht. Onder verwijzing naar zijn vaste rechtspraak over het vrije verkeer van werknemers, waarvan het beginsel wordt gewaarborgd door artikel 45 VWEU en artikel 7 van verordening nr. 492/2011, concludeert het Hof dat het in deze zaak niet gaat om een mogelijk conflict met het Unierecht, maar veeleer om het nationale recht zelf.
Zelfstandige
Arbh. Brussel, 12 februari 2021, A.R. 2019/AB/421 (Terra Laboris)
Belastingaansprakelijkheid van een ambtenaar die een mandaat uitoefent: het Hof onderzoekt de kwestie van de toepassing van artikel 5bis van koninklijk besluit nr. 38 op de vertegenwoordigers van een openbare instelling in de raden van bestuur van twee dochtervennootschappen van deze instelling. Volgens het Hof moet artikel 5bis van koninklijk besluit nr. 38 worden toegepast en zijn de betrokkenen niet onderworpen aan het sociaal statuut. De vennootschappen zijn evenwel onderworpen aan de wet van 13 juli 2005 betreffende de invoering van een jaarlijkse bijdrage die aan bepaalde organen moet worden betaald. Zij moeten voldoen aan de verplichtingen die deze wet hun oplegt.
Inkomensgarantie voor ouderen
Arbh. Brussel, 4 februari 2021, A.R. 2017/AB/666 (Terra Laboris)
Vermoeden van een gemeenschappelijke huishouding: na vragen aan het Grondwettelijk Hof heeft het Hof de kwestie van het bewijs van samenwoning in GRAPA-zaken verder onderzocht, aangezien de wet thans bepaalt dat de gewone verblijfplaats wordt vastgesteld door inschrijving in de bevolkingsregisters van de gemeente van de verblijfplaats. De kwestie is bijzonder cruciaal in het geval van het wonen in een gemeenschapswoning. Volgens het Hof blijkt uit geen enkele tekst dat het vermoeden niet kan worden weerlegd.